Wildbraadproductie in Vlaanderen

Startpagina >>> Ecosysteemdiensten >>> Wildbraadproductie

Wildbraadproductie in Vlaanderen

Definitie van wildbraadproductie

Productie van bejaagbare wildsoorten voor menselijke consumptie.

Toelichting

Het onderhouden van wildsoorten door een biotoop resulteert in zowel producerende als culturele ecosysteemdiensten: 
  • De ecosysteemdienst “productie van wildbraad”. Wildbraad verwijst hierbij naar het vlees van gedode wildsoorten die in de vrije natuur voorkomen en dat geconsumeerd kan worden door de mens. Het voordeel van deze ecosysteemdienst voor het maatschappelijk welzijn bestaat dus uit het voorzien van voedsel.
  • De ecosysteemdienst “productie van bont en dons”. Deze materialen kunnen verwerkt worden in o.a. kleding, dekbedden en schoeisel. In Vlaanderen is deze vorm van gebruik van de ecosysteemfunctie echter zo goed als onbestaande.
  • De culturele ecosysteemdienst “recreatieve jacht”.
Daarnaast is er ook sprake van secundaire baten. Aangezien wildbraad een laag vetgehalte heeft, in het bijzonder van de verzadigde vetten, heeft het een positief effect op de gezondheid. Verder komt wildbraad vaak in aanmerking als korte-keten-voedsel door de directe levering door jagers van kleine hoeveelheden wild of vlees van wild aan de consument of de lokale detailhandel. Dit biedt verschillende voordelen, zowel op ecologisch vlak (door beperking van de voedselkilometers bij transport van voeding), op economisch vlak (met name een eerlijke prijs voor de producent en de consument en ondersteuning van de regionale economie) en op sociaal vlak (door lokale contacten en samenwerkingen) (Cazaux G., 2010). In dit hoofdstuk wordt enkel de producerende ecosysteemdienst van wildbraad besproken wordt. Welke diersoorten als wild beschouwd worden, is wettelijk bepaald in artikel 3 van het Jachtdecreet van 1991. In totaal worden 39 soorten als wild opgesomd (zie tabel). De jacht op een aantal van deze soorten is echter niet meer geopend, waardoor deze soorten dus niet opgenomen worden. Welke soorten van het Jachtdecreet bejaagd kunnen worden en in welke periode, wordt bepaald in een vijfjaarlijks besluit van de Vlaamse regering. In het besluit voor de periode 2013-2018, werd de jacht op 17 wildsoorten geopend. Vos en verwilderde kat worden echter niet gebruikt voor consumptie, waardoor deze soorten niet in aanmerking komen voor deze ecosysteemdienst (zie tabel). Ook moeflon komt niet in aanmerking. De jacht op moeflon is wel geopend, maar er is in Vlaanderen geen populatie van deze soort aanwezig. In totaal beschouwen we dus 14 soorten als wildsoort voor de producerende ecosysteemdienst wildbraadproductie: edelhert, ree, damhert, wild zwijn, haas, fazant, patrijs, wilde eend, smient, grauwe gans, Canadese gans, kievit, houtduif en konijn. Tot slot kunnen naast de wettelijke wildsoorten ook een aantal soorten geschoten worden om de veiligheid van het luchtverkeer te garanderen, om belangrijke schade aan professioneel geteelde gewassen en aan de professionele fruitteelt te voorkomen, of ter bescherming van fauna en dit volgens de regelgeving in het Soortenbesluit. Het gaat om o.a. kraai, gaai, ekster, kauw en spreeuw. Deze soorten worden niet gebruikt voor consumptie, waardoor ze eveneens niet bijdragen aan de ecosysteemdienst “productie van wildbraad”. Het afschot van deze en mogelijk ook andere soorten, speelt door het verminderen van wildschade wel een rol in de ecosysteemdienst voedselproductie.

Referenties

  • Scheppers T. en Casaer J. (2014). "Hoofdstuk 12 - Ecosysteemdienst wildbraadproductie." (INBO.R.2014.1988003). In Stevens, M. et al. (eds.), "Natuurrapport - Toestand en trend van ecosystemen en ecosysteemdiensten in Vlaanderen." Technisch rapport. Mededelingen van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek, INBO.M.2014.1988582, Brussel.

Waarom is deze dienst belangrijk

De ecosysteemdienst wildbraad resulteert in economische welvaart voor verschillende betrokkenen. In eerste instantie wordt welvaart gecreëerd voor de grondeigenaar in de vorm van jachtpacht. Deze jachtpacht kan zowel in natura betaald worden als in speciën. Hierbij dient wel opgemerkt te worden dat deze jachtpacht niet enkel betaald wordt voor de ecosysteemdienst wildbraad maar ook voor de culturele ecosysteemdienst “recreatieve jacht”. Cijfers over de inkomsten van jachtpachten zijn echter niet voorhanden. Deze gegevens zijn wel beschikbaar voor verpachtingen van domeinen van het Agentschap voor Natuur en Bos (inkomsten jachtverpachtingen ANB 2012). Op basis van 44 verpachtingen in 2012 voor het jachtrecht voor een jaar op deze domeinen bedraagt de mediaan 15,85 euro per ha per jaar (zie NARA-T-2014-rapport "Wildbraadproductie" voor details). De jager kan zelf het wildbraad consumeren of het doorverkopen aan derden (particulieren of wildverwerkende bedrijven). Een inschatting van de waardering van de ecosysteemdienst kan bekomen worden door de aantallen geschoten dieren te vermenigvuldigen met de prijs die aan de jager betaald wordt door de wildverwerkende bedrijven. De totale jaarlijkse productie van wildbraad in Vlaanderen bedraagt bij benadering 720.000 kg voor de periode 2004-2012. Op basis van de prijzen die de jager ontvangt voor het aangeleverde wildbraad, stemt de waarde hiervan overeen met 1.861.000 euro. Wildverwerkende bedrijven verhandelen op hun beurt het wildbraad aan particulieren, andere handelaars (bv. supermarkten, detailhandel) of restaurants. Om de waarde van het verwerkte wild te bepalen, kan de prijs in rekening gebracht worden die de afnemers betalen aan de wildverwerkende bedrijven. Op basis van de gekende prijzen kan geconcludeerd worden dat de prijs die een particulier betaalt in de detailhandel of de supermarkt, drie tot vijf maal de prijs bedraagt die de jager betaald krijgt. Hierin zit de kostprijs voor het verwerken eveneens vervat. Naast de welvaartseffecten die rechtstreeks voortvloeien uit het gebruik van de ecosysteemdienst, genereert het gebruik ook indirecte welvaartseffecten. Zo geniet de landbouwer een welvaartseffect, omdat het verlagen van de populatiedensiteit van een schadeveroorzakende wildsoort resulteert in het voorkomen van wildschade. Om de ecosysteemdienst te kunnen valoriseren, wordt daarnaast ook geïnvesteerd in materiaal en middelen voor het uitoefenen van de jacht. Dit omvat bv. de aankoop van jachtwapens, jachtkledij en voertuigen alsook de aankoop en opleiding van jachthonden. De ecosysteemdienst wildbraad resulteert daardoor ook in economische activiteit naast de handel in wild zelf. Deze uitgaven vloeien echter ook voort uit de valorisatie van de ecosysteemdienst “recreatieve jacht” en kunnen niet opgesplitst worden. De omvang van deze uitgaven en hun impact op de economie zijn ons echter niet gekend. De ecosysteemdienst wildbraad levert daarnaast een rechtstreekse bijdrage aan een van de basiscomponenten voor een goed leven, namelijk toegang tot gezond voedsel. Doordat wildbraad een laag vetgehalte heeft, in het bijzonder aan verzadigde vetten, is het bovendien gezonder dan gekweekt vlees. De ecosysteemdienst levert dus een welzijnseffect bij de consumptie van wildbraad omwille van de kwaliteit en het genot van het consumeren ervan. Om de omvang van het welzijnseffect te becijferen, zou dit indirect ingeschat kunnen worden door de mogelijke kosten in de gezondheidssector die hierdoor niet uitgegeven dienen te worden te berekenen of door het vergelijken met uitgaven die resulteren in een gelijkaardig welzijnseffect (vb. productie van bio-vlees). Tenslotte resulteert de ecosysteemfunctie in de culturele ecosysteemdienst recreatief jagen. Deze buitenactiviteit leidt zowel tot fysiek als mentaal welzijn, alsook een gevoel van samenhorigheid met andere betrokkenen bij het uitoefenen van de jacht. Op de baten en waarde van deze dienst wordt verder niet ingegaan in het desbetreffende NARA-T-2014-rapport.  
Referenties
  • Scheppers T. en Casaer J. (2014). "Hoofdstuk 12 - Ecosysteemdienst wildbraadproductie." (INBO.R.2014.1988003). In Stevens, M. et al. (eds.), "Natuurrapport - Toestand en trend van ecosystemen en ecosysteemdiensten in Vlaanderen." Technisch rapport. Mededelingen van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek, INBO.M.2014.1988582, Brussel.

Gradiënt groen/grijs

Niet van toepassing…
Referenties /

Enkele belangrijke vaststellingen

Kort samengevat zijn hier alvast enkele van de belangrijkste vaststellingen uit het NARA-T-2014-rapport (Scheppers et al, 2014):
  • Ecosystemen in Vlaanderen ondersteunen de productie van wildsoorten. Deze worden zowel voor recreatieve doeleinden als voor de consumptie van hun vlees bejaagd. Daarnaast worden bepaalde wildsoorten ook bejaagd om mogelijke negatieve gevolgen (bv. schade, overlast, predatie, enz…) van hun aanwezigheid te beperken. In dit hoofdstuk wordt enkel het gebruik van wildsoorten als voedsel besproken.
  • In Vlaanderen zijn ongeveer 12 000 jagers actief. Jaarlijks doden zij ruim 800 000 dieren, goed voor een totaal gewicht van naar schatting 720 000 kg wildbraad. De waarde hiervan bedraagt voor de jager ongeveer 1 861 000 euro. Omdat de vraag naar wildbraad groter is dan wat de jachtsector in Vlaanderen aanlevert, wordt wildbraad ook geïmporteerd.
  • Wildsoorten stellen elk specifieke eisen aan hun leefgebied. Daarnaast zijn ze zeer mobiel en kan hun leefgebied verschillen tijdens het jaar. Voor de levering van de ecosysteemdienst komen dus meerdere ecosystemen in aanmerking. In welke mate de individuele wildsoorten voorkomen, kan sterk verschillen tussen de ecosystemen. Grofwild (wild zwijn en ree) verkiest eerder bos- en moerasgebieden, terwijl klein wild (o.a. patrijs en haas) meer in agrarisch gebied voorkomt. Waterwild (o.a. wilde eend) is gebonden aan de aanwezigheid van waterpartijen.
  • Op basis van de afschotstatistieken neemt de ecosysteemdienst af in Vlaanderen. De populatiedaling van een aantal wildsoorten door o.a. intensivering van de landbouw, afname van de kwaliteit van het leefgebied en toegenomen predatiedruk en een gewijzigde jachtwetgeving, liggen aan de basis van het lagere afschot. De recente kolonisatie en sterke toename van wild zwijn beperkt zich actueel voornamelijk tot de provincie Limburg. De bijdrage van wild zwijn aan de ecosysteemdienst is op dit moment eerder beperkt.
  • Het gebruik van de ecosysteemdienst (afschot) wordt in belangrijke mate geregeld door de jachtwetgeving. Deze voorziet o.a. in subsidies voor verbeteringsmaatregelen aan biotopen die specifiek gericht zijn op de ondersteuning van wildsoorten. Ook de natuurwetgeving heeft een impact op het gebruik (met name waar wel en waar niet mag gejaagd worden) alsook op het aanbod van de dienst (via bescherming van het leefgebied). Door subsidiëring van het beheer van natuurgebieden, ondersteunt deze wetgeving indirect ook de wildsoorten.
  • Bepaalde wildsoorten veroorzaken schade aan landbouwgewassen en jonge bomen. Hierdoor komt de ecosysteemdienst in conflict met andere diensten zoals voedsel- en houtproductie. Door populaties van soorten die schade veroorzaken onder controle te houden, heeft het gebruik van de dienst (afschot) ook een regulerende functie. Het gebruik van de dienst is daarnaast nauw verwant met een culturele ecosysteemdienst, namelijk de mogelijkheid om recreatief te jagen. Er kan daarbij een conflict ontstaan met andere vormen van recreatieve buitenactiviteiten.
  • De grootste kennislacune is het gebrek aan cijfermateriaal, zowel over de wildpopulaties als over de socio-economische aspecten van de ecosysteemdienst. Het verzamelen van basisgegevens om (1) een inzicht te krijgen in de relaties tussen het voorkomen van wildsoorten en biotopen en het landgebruik, (2) de impact van het gebruik van de ecosysteemdienst op de populatiedynamiek na te gaan en (3) zicht te krijgen op het economisch belang van wildbraad in Vlaanderen, is hierbij prioritair.

Referenties

  • Scheppers T. en Casaer J. (2014). "Hoofdstuk 12 - Ecosysteemdienst wildbraadproductie." (INBO.R.2014.1988003). In Stevens, M. et al. (eds.), "Natuurrapport - Toestand en trend van ecosystemen en ecosysteemdiensten in Vlaanderen." Technisch rapport. Mededelingen van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek, INBO.M.2014.1988582, Brussel.

Foto's en sfeerbeelden

Relevante kaarten

De volgende kaartlagen kunnen relevant zijn bij een beoordeling van de dienst "wildbraadproductie"
  • Aanbod (potentieel):
    • Totaal potentieel gewicht aan wildbraad (NARA);
  • Aanbod (actueel):
    • Totaal actueel gewicht aan wildbraad (NARA);
  • Waardering:
    • Totaal gewicht aan wildbraad (NARA);
    • Totale waarde voor wildbraad (NARA). 

Extra informatie

Kort overzicht van enkele recente projecten inzake agrarisch natuurbeheer en agro-biodiversiteit, enz... (bv. LNE, LV, ILVO, VLM, Inagro, INBO, provincies, ... en andere partners) met links naar de desbetreffende websites/rapporten. www.levedebijen.be

Foto’s in de hoofding: www.pixabay.com
Laatste update: 23/08/2017

Meest recente berichten